donderdag 14 juni 2012

WRITE NOW! Stem op Hannah

Ons nichtje Hannah Pinson is finaliste van WRITE NOW! een wedstrijd voor jonge schrijvers onder auspiciën van de Taalunie. A.s. zondag is de finale in Rotterdam. U kunt nu nog uw stem uitbrengen door op deze link te klikken en haar naam te kiezen.


Zij hoort te winnen : oordeel zelf. Dit is haar ingezonden tekst :
http://www.writenow.nu/finale/hannah-pinson

woensdag 13 juni 2012

Dagboek Rome Slot


27 mei 2012

Dagboek Rome 9A, omdat het eigenlijke dagboek al geschreven is door S., die lieverd, die de schrijftrant in mijn naam doet. Maar nee, hier zijn geen flauwe grapjes en haspelende zinnen, maar een exacte weergave van hetgeen we die dag gezien hebben plus achtergrondinformatie die ertoe doet. Hiertoe zijn er thuis al een aantal werken geraadpleegd en is er hevig op van de Bib geleende cursussen gestudeerd om de Italiaanse taal enigszins machtig te worden. Het is haar al mogelijk om de opschriften te lezen, wat erg handig is. Ik ben anders, ik moet het hebben van indrukken en omstandigheden die zich ter plaatse voordoen, wat soms tot irritatie kan leiden bij haar. Maar ze kent mij zo langzamerhand en weet dat het bijna niet te veranderen is.
De 27e is nog een bijzondere dag ook. S. is jarig en wordt geheel vanzelf een jaartje ouder. Dat moet gevierd worden denk je dan, overdag lekker eten, mooie dingen bekijken en 's avond naar de opera in het Teatro dell'Opera di Roma. Men gaf een opvoering van de opera Attila met als dirigent Riccardo Muti, niet te verwarren met Mutti, want dat is een zij die uitmuntend viool speelt. Van dat lekkere eten en dat mooie dingen zien kwam helaas niets, want er sloeg een griepvirus toe en in plaats van mijn verzorgende taak naar haar toe draaide ze dat om en voorzag mij van allerlei warme dranken en zo meer zodat ik mij enigszins senang voelde. We sliepen een groot gedeelte van de dag en kleedden ons toen in ons super nette pak, ik met das maar zonder vest, om ons met de metro naar de opera te laten vervoeren. Gelukkig had ik mijn kijkertje bij want we kregen in de zijloge één stoel aangewezen voorin en één tweede rij en dat voor 100 euro de man. Terug in de studio aangekomen liet S.  me terloops weten dat het Pinksteren was en dus had ik de “Zaligen Hoogdag”, die mijn schoonmoeder zo mooi kon zeggen geheel en al over het hoofd gezien. S. is trouwens nooit op Pinksteren jarig, maar het schijnt eens in de zoveel jaar voor te komen.

Rome, maandag 28 mei 2012
Koorts allebei, slapen.

Rome, dinsdag, 29 mei 2012
Het gaat ietsje beter. We zitten onder de parasol op het dakterras en volgen met de ogen de zwaluwen. Je hebt er van twee soorten. De boerenzwaluw vliegt af en aan naar een gat in de zijmuur en werkt de hele dag gestaag door. De gierzwaluwen komen in drommen en scheren hoog in de lucht, dan zijn ze weer verdwenen. De merel slaat ergens beneden tussen de huizenblokken maar laat zich niet zien. We gaan nog biefstuk bakken met ratatouille. Dan gaan we pakken en stofzuigen. Morgen om 4:30 komt de taxichauffeur ons oppikken voor de tocht naar Fiumicino, de internationale luchthaven. En dan hop… naar ons eigenste bed.


Dagboek Rome 9


Zondag, 27 mei 2012

Het is Pinksteren. Sonia is jarig. Jan Willem staat op met koorts : griep!  We kleden ons toch maar aan om eten te kopen hieronder bij de jongens uit Bangladesh. Een heerlijk ontbijt met uitzicht op het ontwakende Rome. Wat is de lucht transparant blauw, inderdaad zoals op de schilderijen van de Madonna. De citroenen, de olijfjes zijn al herkenbaar in de vruchtzetting.
We slapen de hele dag, maar vertrekken om vier uur toch met de metro naar de Teatro dell' opera di Roma. We hebben immers peperdure kaartjes voor Verdi's opera Attila, met de dirigent Riccardo Muti. Jan Willem zit de opera uit, hij is er niet helemaal bij, zit ook achteraan in de loge waar het uitzicht, voor die prijs, nu ook weer niet compleet te noemen is. Sonia zit vooraan in de zijloge en geniet met volle teugen. Net levende schilderijen, wat een muziek, wat een patriottisme. Waarschijnlijk erg actueel. Redt la Patria. Rome zal betalen! Het publiek barst steeds in applaus uit en het is niet duidelijk of dit wegens de klank of de inhoud is. Inderdaad het klopt allemaal, je vergeet waarover het eigenlijk gaat, Italië nu, het Italië van Verdi of de vroeg Christelijke tijd, de nadagen van het  Romeinse Keizerrijk. Het is één continu lijn. Waar staat Monti nu eigenlijk? Is hij de redder des vaderlands of een indringer? Het loopt niet goed af met Attila, al vinden we hem erg sympathiek, ook erg esthetisch.



En nu gauw naar het bedje toe. We bellen Massimo af. We zouden hem op Pinkstermaandag opzoeken in Frascati, maar vinden het nu met JW's labiele situatie niet verantwoord om die treinreis te maken.
Thuisgekomen lust JW toch nog een bord tagliatelline met uitgebakken spek en meegebakken verse cichoreibladeren, geraspte peccorini romana, een idee opgedaan op het terras van de Scala in Trastevere. Een succes. Als er morgen maar een open apotheek is te vinden.
We horen een groots vuurwerk in de verte, gisteren ook al, maar dan van de andere kant af.

Dagboek Rome 8


zaterdag, 26 mei 2012

Jan Willem is gisteren wankelend thuisgekomen, oververmoeid waarschijnlijk. Toch wil hij vandaag wat doen. Wij houden het bescheiden door een bezoek aan de St. Jan van Lateranen.

De façade kennen we al omdat we er geregeld langs rijden met bus 87. Toch maakt het neo-klassieke portaal van Alexander Galileï nog meer indruk als je ervoor staat. Indruk maken daar is alles op gericht in deze voornaamste aller kathedralen, de kerk van de Paus, als bisschop van Rome. Dit is een tweede gevel; de oorspronkelijke gevel, vrij onopvallend, maar mooi klassiek, staat op het plein met de grootste Egyptische obelisk ter wereld, door Keizer Constantijn, die zich tot het christendom bekeerde, geroofd uit de tempel van Karnak. Overigens was het niet zijn bedoeling om die hier te plaatsen, maar in Constantinopel. Het aanpalende paleis van Lateranen is gebouwd, in meerdere fasen, op het terrein door de Romeinse keizer geschonken ter huisvesting aan de toenmalige paus. Daar werden in de loop der eeuwen een tiental kerkelijke concilies gehouden.



Een bezoek aan het museum slaan we over, evenals het op de knieën beklimmen van de heilige trap. Dit schouwspel van hysterisch kruipende gelovigen hebben we veertig jaar geleden, bij ons eerste bezoek aan Rome, nog aanschouwd, maar nu lijkt het gebruik te zijn afgeschaft. Er zit een afgesloten hek voor. Pelgrims zien we eigenlijk niet manifest, als ze er zijn gedragen ze zich als toeristen : gapend, getooid met camera's, als schapen volgend. De gids, met opgestoken plu, mag je niet uit het oog verliezen. In afgezonderde zijkapellen is er wel gelegenheid tot bidden in stilte. Daar maken veel gelovigen individueel gebruik van.

Binnenkomend in de basiliek overvalt je, net zoals in de St. Pieter, de afmeting. Twaalf gigantische apostelen, in rococo-stijl, bemannen de nissen van de middenbeuk. Dit is geen zwier meer, maar pure dreiging. Ze zwaaien met boeken, dreigen met vuisten, wapperen met loszittende gewaden. De eerste kerk op die plek werd de paus geschonken door de keizer Constantijn. Ze werd gebouwd op de plek van een Romeins fort, tegen de stadsmuren van Aurelius. Van deze voorgangers is niet zo heel veel meer over, want de kerk werd meermaals herbouwd. Het meest in de buurt van het vroege christendom is de troon van de paus, in het met oude mozaïeken bekleedde koor, deze detoneert in zijn eenvoud dan ook geheel met de rest van de kerk, waar alles van een super-barok is, zelfs het grafmonument van Leo XIII die toch al beter had moeten weten.



Het baptisterium, met echt marmeren bad, om in af te dalen voor de doop, is een Romaans rond tempeltje achter de kerk. Men vindt hier nog het meest de sfeer terug van de eerste tempels der christenen, maar dan zijn we al in de elfde eeuw. Ook het naastgelegen klooster van de benedictijnen, vroeger belast met de zorg voor de kerk, ademt nog de sfeer van de vroege middeleeuwen. Dit sluit mooi aan bij de collectie van vroeg christelijke kunst, bijna nog Romeinse klassieke stijl, die we gisteren zagen in het Vaticaan. Het enige wat ontbreekt in onze rondgang langs de kerken van Rome is onze eigen tijd. Het lijkt of de kerk tot de jaren vijftig is blijven hangen in de barok of neo-klassiek. Nu schijnt het Vaticaan wel een collectie hedendaagse kunst te hebben, die hebben we gisteren helaas overgeslagen, zodat we daar geen oordeel over kunnen hebben.

Zo, genoeg gedaan voor vandaag. Met de metro belanden we gezwind in ons eigen stadsdeel, waar we bij de metrouitgang een trattoria beproeven om pasta te eten. Jan Willem oogst succes met een tekening van vader met zoon op de knie. Zoals altijd heeft hij geen moeite met wegschenken. De tekening zal worden ingelijst. En dan naar bed voor de middagrust.  De avond brengen we ook al door voor de televisie met de e-books. Jan Willem is niet lekker.
Sonia heeft vuurrode vlekken op de enkels, vlak boven de randen van de sokken. Vlooienbeten? Zijn de katten van Rome dan niet ongevaarlijk?

dinsdag 12 juni 2012

Dagboek Rome 7


Vrijdag 25 mei 2012

Ook vandaag weer geluncht op het dakterras, voor we onze was ophingen zoals Sophia Loren in "Una giornata particular". We maakten een mooi bordje sla met buffelmozarella, tomaat en wilde basilicum van eigen potplant.  Een broodje, een wijn uit de Campagna, Aglianico ( dat is de druivensoort) Beneventano en een flinke scheut groene olijfolie. We lazen zonet dat de gemiddelde Romein tijdens het keizerrijk 1 liter olijfolie per week en driekwart liter wijn per dag verbruikte. Dat halen wij nooit, maar we eten daarentegen wel vlees en dat was voor de meeste burgers destijds onbereikbaar. Brood daarentegen hadden ze in overvloed, als er tenminste ten gevolge van natuurrampen of oorlog geen hongersnood was.  Een informatief, kritisch boek is "Stad in marmer" van Jona Lendering, een gids voor het antieke Rome aan de hand van getuigenissen van tijdgenoten. Dat hebben we als digitaal boek bij ons op de iPad. De andere gidsen waar we thuis zo blij mee waren, zoals die van Triposi, blijken hier hun nut te verliezen, omdat ze steeds vragen om een online verbinding en dat blijkt hier teveel gevraagd. Na een week zijn we er nog niet in geslaagd om een mail naar huis te sturen. Zelfs het vinden van een brievenbus bleek een hele toer. Eerst koop je een ansichtkaart, dan zoek je een postkantoor om postzegels te kopen. Daarvoor moet je een nummertje trekken en een half uur in de rij staan. Als je dan je kaarten hebt geschreven, blijkt het postkantoor geen brievenbus te hebben en moet je weer navragen op welke straathoek die zich wel niet zou kunnen bevinden. De hulpvaardige omstanders zijn het daar niet helemaal over eens.  Het leven is en was ook in het pre-digitale tijdperk niet gemakkelijk. In zo'n woonwijk als hier worden de telefoonkantoortjes voor en door immigranten gerund. Er staat wel al een computer. De computerwinkels zijn deftige kantoren achter dichtgeschilderde ramen, zo te zien bestemd voor bedrijven. Welke particulier zou nou ook willen beginnen aan een computer? ze schrijven niet eens brieven. Massimo begon ook afwerend met zijn handen te wuiven toen Sonia hem een demonstratie van de Rome-gids op iPad wilde geven. "O, nee, daar begin ik niet aan."

Op naar het Vaticaan. We beginnen er laat aan omdat onze vriendin Mary ons dat had aangeraden om de drukte te ontlopen. Dat klopt, maar we werden wel de Sixtijnse kapel uitgejaagd om zes uur. Geeft niet, we konden toen al geen stap meer verzetten, en moesten nog de St. Pieter doen. Waar het Vaticaan in excelleert is zijn postkantoor, prominent en overal aanwezig, de postzegels zijn mooi en de brievenbussen overal aanwezig. Kan de verantwoordelijke kardinaal er Rome niet bij nemen?

We hebben in de Musea van het Vaticaan zoveel moois gezien, de collecties van antieke beelden vooral, dat een beschrijving nu tekort schiet. We hebben heel veel foto's van Romeinse en Griekse koppen, forse torso's, stevige borsten, aanbiddelijke knieën, rechte tenen, maar ook badkuipen, doorkijkjes op de tuin, eindeloze galerijen, geschilderde landkaarten, Brusselse tapijten en renaissance fresco's.





Tussen de ceasars

Op de terugweg raakte onze bus verzeild in een demonstratie van fietsers, honderden. Het ging er vrolijk aan toe. Ze hadden iets tegen BTW- verhoging. Wij geraakten uiteindelijk toch bij de Italiaan op het pleintje. We aten een voorgerecht bestaande uit een auberginetaartje met daarin een soufflé van ricotta van buffelmelk, heel verfijnd. De pasta met kreeftjes was lekker maar was toch teveel diepvriesprut uit de oriënt zoals overal. We troostten ons met een bakje heerlijk ijs.

Dagboek Rome 6


Donderdag 24 mei 2012

Vanmorgen geen zin, de rug en de voeten protesteren. Op advies van Massimo, onze huisbaas, die uitstekend Frans spreekt, omdat hij jaren in Parijs woonde, zoeken we in de buurt naar het groene plein, Scipione Adorrato, omdat daar een uitstekend restaurant zou zijn. Dat vinden we, leuke kaart hadden ze gisteren. Vandaag gaan ze pas om 18:00 open. Vanavond zal het ons niet lukken omdat we om die tijd een barokconcert hebben in de kerk op de Piazza Navone.

Het is stralend weer, we besluiten te brunchen op ons dakterras. Daartoe slaan we allerlei delicatessen in, in de buurtwinkels. Gezellig wonen is het hier. Mannetjes zitten in de lommer op bankjes, laten de hond uit.  De vrouwen staan te kletsen aan de toonbank. Ze hebben het over mensen die ze kennen. Er is altijd wel iemand iets overkomen, of anders zijn het de plantjes wel op het balkon. De man van de bloemenstal hoort het geduldig aan. ja, dat gebeurt soms dat ze doodgaan. Wij kopen ook vier begoniaatjes voor vier euro. Zo voelen we ons nog meer thuis.
Het is loom weer. We zien de was van de buren wapperen. Zetten espresso op het vuur. Heerlijke croissant, verrukkelijk rond broodje, kan je vullen met gorgonzola. Rode kersen toe. We proberen een boekje te lezen, maar zullen wel weer in slaap sukkelen.

Toch nog op tijd wakker geworden om bijtijds in de stad te zijn. We hebben zelfs nog tijd op enkele kerken te bezichtigen in de buurt. Allereerst het Pantheon, waarvan de trotse bezitters nog steeds niet willen begrijpen dat hun bezoekers echt niet komen uit godvruchtigheid, maar om zich te vergapen aan een heidens wereldwonder. Er wordt om stilte gemaand, maar de duizenden aanwezigen blijven uitroepen van bewondering slaken en elkaar luidkeels aanwijzingen geven. Kijk, daar !
De Santa Maria dell' Anima beantwoordt beter aan de benaming kerk. Deze barokke kerk wordt ook wel de Teutoonse kerk genoemd, want de voertaal is Duits. Zij werd in 1350 gesticht door Johannes en Katharina Peters uit Dordrecht om de pelgrims uit de Nederlanden en het Rijnland op te vangen. Rond 1500 werd de kerk in de huidige staat herbouwd door Duitsers, maar ook Vlamingen en Katholieke Hollanders beschouwden het als hun kerk. Vandaar dat de eerste en enige Nederlandse paus, Adrianus VI (1450-1523) er werd begraven in een marmeren pronkgraf.

 De Santa Maria dell'Anima

In 1844 trokken de Belgen weg naar de Julianuskerk van de Vlamingen, I Fiaminghi. In 1919 hielden de Nederlanders het voor gezien en trokken in bij de San Michèle van de Friezen. De Duitsers besteden heel veel zorg aan hun kerk, deze is prachtig gerestaureerd. Je kan er biechten, maar dan wel in het Duits.
De daar tegenover liggende kapel van de Lorreinen heeft Frans als voertaal. Ook prachtig onderhouden. We konden een mooie foto maken van het gewelf, beschilderd door Corrado Giaquinte in 1731, omdat je door het offeren van een muntstuk van 50 eurocent de hele kerk kon uitlichten.

Borremini's kerk en Bernini's fontein

In de haast consumeerden we nog een ijsje op een terras van de Piazza Navone, de enige manier om naar het toilet te kunnen, en toen begon het concert in de Sant Agnese in Agone. De organisatie die dit en vorig concert organiseerde is te vinden op www.romaoperaomnia.it. Ze werken samen met muzikanten, in dit geval het Schola Romana Ensemble, die op authentieke instrumenten spelend, de eenheid tot stand brengt tussen architectuur, beeldende kunst en muziek. Vanavond stonden de grote innovatoren van de barok centraal. De kerk is tot stand gekomen op initiatief van Paus Innocentius X die zich in 1652 een familiekerk wenste te bouwen. Zijn neef en opvolger speelde de grote architecten Borremini en Bernini tegen elkaar uit, maar ondanks hun rivaliteit is de façade en het geheel van de Piazza Navone met de grote Vier Rivierenfontein in het midden toch een meesterlijk en harmonisch geheel. Het interieur is een en al drama, vier taferelen van de marteldood en dan nog eens de Heilige Agnes in agonie in de vlammen met de Heilige Stefano aan de overkant, met pijlen doorboord.

De Heilige Agnes in doodsangst





De muziek, met een dramatische sopraan sloot hier mooi bij aan. Het contrast met de serene renaissancemuziek van vorige dinsdag was frappant. De Italiaanse opera is geboren. Het stoorde Jan Willem wel dat deze muziek dan wel uit de juiste periode kwam, maar deze zou nooit in een katholieke kerk zijn uitgevoerd. Toen hield men het daar nog op Gregoriaans.
Op een nabijgelegen terras van een Trattoria aten we reepjes bief op riccola-sla met balsamicco-azijn uit Modena. Iets om te onthouden. De rode wijn van Castilli romani is er sterk genoeg voor.
De ruïnes van Rome werden mooi uitgelicht. Het was een voortreffelijke busrit naar huis, zeg maar spectaculair.


Dagboek Rome 5


Rome is een geweldig grote stad. Een gedegen kaart zou handig zijn en daar heeft Sonia wel kijk op, want voor we ons op weg begaven begroef zij zich in alle ins en outs die wij eventueel op onze weg zouden tegenkomen. Onze tocht voerde ons vandaag over de markt die al in volle gang was en waar er dus aardige foto's van zijn genomen. Over de brug naar onze bar waar we voor de komende vermoeienissen een overheerlijk kopje koffie dronken en een croissant nuttigden om dan naar de Metro A te gaan. We vonden alles uitstekend en stapten in. Van de Ponte Lungo waar we instegen tot de halte Barberini nam ons hooguit een kwartier. Deze metro gaat ook naar de Opera waar we de 27ste naartoe gaan. Een hele geruststelling.
Toen we weer boven de grond waren vervolgden we onze tocht naar de Triton-fontein, een fraai stuk werk van Gian Lorenzo Bernini, degene die ook het Palazzo  Barberini ontworpen heeft (en de middenfontein van de Piazza Navone én de Trevi-fontein). De fontein stelt een forse Triton voor die dus water sproeit en gedragen wordt door vier dolfijnen. De steen is dermate aangetast door kalk, dat de voorstelling wat op de achtergrond is geraakt. Het Palazzo Barberini herbergt tegenwoordig een gedeelte van de antieke kunst van Rome. Vandaar uit vervolgden wij onze weg langs de Via Sistina waar Sonia verpletterd werd door een rode jurk. Een gewone rode jurk zou je zeggen! Maar deze keer van meneer Armani, vandaar natuurlijk.  Rechts af...., links af..... Of toch maar recht door, we hadden toch een bordje ZOO gezien. Helaas herhaalde zich dat niet meer, wel om de haverklap schoenenwinkels en snuisterijen, waaronder zeer mooie paarlen kettingen. Toch maar rechtdoor en ziet nu waren we ineens op de Trinita di Monte, een kerk op het topje van de berg (één van de zeven).



De kerk is gewijd aan de heilige drievuldigheid. Vandaar uit hadden wij een onvergelijkelijk mooi uitzicht over Rome met al zijn kerken en koepels en niet te vergeten de (gestolen) obelisken, Het weer was vol met zon en een strak blauwe lucht, ideaal dus voor wat opnamen. In het nabij gelegen park zochten we lang naar de beloofde plaats, maar dat was helaas of dicht of bestond niet. Uiteindelijk toch weer afgedaald en na op de trappen de beloofde plek te hebben gevonden, weer opgestegen naar de Pincio. We aten aan een stalletje een broodje en namen iets te drinken. Daarna verkenden we de tuinen van de Borghese om na een tijdje weer af te dalen langs de kronkelige Via Vittorio Venezia - Luiza Spagnoli maar ook de Hard Rock Café en toeristen vreettenten -  om bij de Triton uit te komen. Na de instructies die we uit de kaart haalden vonden we toch de Trevi-fontein waarover we zoveel gehoord hadden en die we trouwens bij ons eerste bezoek aan Rome, nu veertig jaar geleden al aanschouwd hadden, maar de aanblik was toch overweldigend, al was het alleen maar door het toeristische massapubliek. “Als zandvlooien”, zegt Jan Willem.


We zijn we voorbij de zuil van Marcus Aurelius gekomen (kijk, het grootwarenhuis Renasciamente en Zara) en werden nog, ietwat onsamenhangend, getrakteerd op een ijsje tegenover de Spaanse trappen van Rome, die door de Fransen zijn aangelegd. Ook hier zandvlooide het overvloedig. Vandaar dat daar de meeste dure modeboutiques zijn te vinden, Prada en zo. Maar het was wel lekker uitrusten op de eerste verdieping van een tearoom pal tegenover de trappen.
Daarna gingen we weer met de metro naar huis. We maakten kip Marengo.



Dagboek Rome 4


Dinsdagavond 22 mei 2012

Met de gordijnen dicht, gehuld in de wol, kijken we een politiesoap op RAI Premium. Het zit vol met Italiaanse clichés : mooie meiden, flirtende mannen die de onschuld zelve zijn. En alles is mooi, en vrolijk, ook als er lijken liggen.

We hadden een gevulde dag, maar het goot, met bakken kwam het uit de hemel. In de bus probeerde een agressieve non ruzie uit te lokken met Jan Willem. Eerst eiste ze dat hij zijn plaats aan haar afstond, wat hij deed, maar toch met enige tegenzin omdat hij zo langzamerhand gewend is dat zijn witte haar hem recht geeft op een zitplaats. Toen zij echter in de gaten had dat wij over haar hoofd heen communiceerden in een taal die zij niet mocht, stond ze weer op. Jan Willem ging weer zitten, waarop ze na een tijdje op hem in ging zitten praten. "Non capisco" hielp niet. Ze was duidelijk op ruzie uit met de vermeende Tedesco. We waren blij dat de medereizigers haar spel doorhadden. Iemand anders bood haar een plaats aan. Toen we gezamenlijk uitstapten kwam ze weer op ons af en toen Sonia zei dat we toch echt Hollanders waren en geen Duitsers, wuifde ze dat woedend weg, allemaal hetzelfde. Het water uit de fonteinen van de piazza Navone spoelde onze ergernis weg over het incident.

Schuilend in een winkeltje kochten we paraplus. Dat hielp een beetje om droog te blijven. Zodoende waren we vanmorgen, na een twee uur durende tocht door een totaal verstopte verkeerschaos, toch nog op tijd in de Villa Farnesina voor de ontvangst. Op Internet hadden we ons van toegangskaarten voorzien voor een rondleiding met concert met het thema "De fresco's van Rafael en de muziek van de Renaissance".


Het was een elitair groepje bij wie we ons mochten aansluiten, we werden rondgeleid door een kunsthistorica, Francesca, genaamd. De villa is door Baldassare Peruzzi, een leerling van Bramante, als buitenverblijf gebouwd in opdracht van de rijke Florentijnse bankier Agostino Chigi en zijn vrouw Francesca. De goede man moet tot over zijn oren verliefd zijn geworden op een meisje van eenvoudige komaf. Hij liet zijn vriend Rafael overkomen om de villa, in de stijl zoals we die ook kennen van de Veneto, nogal strak van lijn, te decoreren. Rafael heeft de ontwerpen gemaakt en het op een paar figuren na, die hij zelf  schilderde, aan zijn leerlingen overgelaten om de fresco's aan te brengen. De kardinaal, later Paus geworden, Alexander Farnese heeft nog even gebruik gemaakt van de villa, vandaar de naam, maar al snel hierna kreeg de villa de status van een bezienswaardigheid, een museum, waarin hooguit een eerbiedwaardig instituut onderdak vond. Vandaar de zo perfecte staat waarin het geheel vijf eeuwen lang bewaard is gebleven, alsof er een stolp is gezet over de liefde van onze bankier voor zijn Francesca.



In de grote galerij, de voormalige loggia, wordt het gewelf, als een voorloper van de Sixtijnse kapel, tot in de kleinste hoeken gevuld met voorstellingen, samen geweven door guirlandes waarin 2000 verschillende planten en vruchten zijn verwerkt. Ja, men was bereisd en onderlegd. De twee hoofdtafelen stellen het huwelijk voor tussen Amor en Psyche. Het eerste tafereel laat het overleg zien op de Olympus  waar de goden deze mesalliance goedkeuren en vervolgens volgt het bruiloftsdiner van goden en gewone stervelingen onder elkaar, net Italië.  Het fresco met de godin Galatea in een salon boven zou van de hand van de meester zelf zijn. (Maar zoals nu, een week na onze terugkeer uit Rome, blijkt, heeft Rafaël wel degelijk zelf getekend aan de ontwerpen. In het Teijlers Museum te Haarlem bezitten ze de echte, de originele tekening van de Amor met de hamer die, op zijn kop, te zien is boven het bruiloftsmaal op bijgaande foto. Klik op de foto om deze te vergroten.)


In de echtelijke slaapkamer is het thema Alexander de Grote gekozen waarin naast de nodige militaire hoogstandjes vooral de erotisch getinte taferelen en mooie weke dames van de slaapkamerschilder Sodoma overheersen. Onze gids mocht het dan gewoon en gebruikelijk vinden, wij hadden het nog nooit zo groots en expliciet meegemaakt. In de salon van de perspectieven heeft Peruzzi een paar indrukwekkende trompe l'oeils geschilderd, tussen de marmeren zuilen waant men in de verte mooie steden en landschappen te zien. Er waren in een aparte zaal ook zeer merkwaardige duistere taferelen van bacchanalen, waarschijnlijk  van Caravaggio, maar deze werden verder niet toegelicht. Het concert, in een klein zijvertrek, bestond uit verschillende werken voor historische fluiten en luit. Licht, intiem, meestal vrolijk, een enkele keer bedroefd, maar daar werd dan ook excuses voor aangeboden. De instrumenten gebruikt in het begin van de zestiende eeuw werden aangewezen op de fresco's: er waren de middeleeuwse instrumenten, dikwijls ontwikkeld uit de Arabische muziekinstrumenten, zoals de luit en de viool, en de instrumenten overgebleven uit de Griekse muziekinvloeden : o.a.  de panfluit en de lier. Onder de gasten bevond zich een Amerikaanse professor gespecialiseerd in oude muziek en hij kon het niet laten nog een en ander toe te lichten. Hij vond het nodig de belangrijke invloed van de Tedesci en de Vlamingen op het Rome van die tijd toe te voegen.

Later vonden we elkaar weer bij een uitstekende lunch op een terras in Trastevere, tegenover de Sta. Maria della Scala. De professor en zijn vrouw waren net in Amsterdam geweest en hij had nog heel veel leuke anekdotes te vertellen. Sonia moest erg lachen om zijn verhaal over het bezoek van de Belgische Prins (nu Koning) Albert van België aan San Francisco, waarbij onze professor door vijf verschillende organisaties werd opgebeld of hij niet iets aan Belgische muziek ten gehore kon brengen op hun feest. Omdat zijn ensemble dit binnenstromende geld zeer goed kon gebruiken heeft hij alle vijf de uitnodigingen aanvaard en hij trad met zijn gezelschap dan ook vijf keer op, maar telkens anders gekostumeerd. De prins zal zich verbaasd hebben afgevraagd waarom San Fransisco zo verslaafd was aan Josquin des Prés, vroege polyphonie en de schalmei. Zijn buren hebben in elk geval wel last gehad van de repetities.

Het bleef gieten. We hebben Trastevere bezocht van afdak naar afdak. De Sta. Maria di Trastevere biedt naast een goed schuilplaats ook fraaie mozaïeken. In een elegante zijkapel werd een doop georganiseerd. Wij raakten de Tiber weer over en troffen toen, tegenover ons parkje van gisteren in de Via Arenula, de meest uitgelezen ijszaak van Europa.  Wat een weelde aan smaken! We beloofden morgen terug te komen om te rest te proeven, maar nu moesten we toch echt afhaken en gaan rusten.

Dagboek Rome 3


Maandag 21 mei 2012

We kunnen ons al identificeren met de geuren van jasmijn en bloeiende citroenplant, die vanaf het balkon de kamer binnendringen.
Het regent fors, dus doen we er lang over om ons aan te kleden en de deur uit te komen. We nemen de buslijn 87. Dit is een interessante route langs St. Jan van Lateranen, het Colosseum, de triomfboog van Titus, het forum van de keizers, het monument voor Emanuel II, de grote bruidstaart, de Torre Argentina waar nu vier antieke tempels zijn blootgelegd en dan via de oever van de Tiber over de brug van Cavour, naar de Piazza Cavour waar zijn standbeeld prijkt voor een meer dan monsterlijk Paleis van Justitie. Tegen die tijd zijn we al zeer onder de indruk, het is allemaal zo groots, zoveel. De zon breekt door. Het water in de Tiber staat hoog. Het is groen. We slenteren langs de Engelenburcht en als dan de Engelenbrug in zicht komt, met daarachter de opgang naar de Sint Pieter, bekroond met een lichtende koepel, geflankeerd door de donkere spitsen van de bomen op de Gianicolo wordt het bijna teveel.  We keren terug naar de donkere straten van het oude Centrum.
Sonia vindt de Via Giulia terug. Die straat wordt door velen de mooiste van Rome genoemd, waarschijnlijk wegens de schitterende renaissancepaleizen die eraan liggen, maar die moeten het niet van de gevels aan de straatzijde hebben, die zijn erg streng en sober, om niet te zeggen vervallen. Sonia draagt die straat in het hart omdat zich daar in een van die paleizen het drama afspeelt, beschreven in de roman "Rome" van Emile Zola. Sonia is er nog vol van omdat het boek zo'n verrassend compleet sociologisch beeld schetst van de laat 19e eeuwse stad, nog steeds herkenbaar: in de straten, de weelderige kerken, de pronkende façades van de overheidsgebouwen.
Ook in de bus: er is zichtbare armoede te lezen op sommige gezichten. Dolce vita?
Aan de voorzijde van het Palazzo Farnese strijken we neer op een terras : spaghetti carbonara  en pizza margherita. Dezelfde fastfood als thuis. Het uitzicht is indrukwekkend, hier huist de Franse ambassadeur, dus, klasse. Verder slenterend ontdekken we meer mooie gebouwen, fonteinen, een parkje met banken. Rome is in de veertig jaar dat we hier voor het laatst waren misschien in details veranderd, de sfeer is hetzelfde. Het is groots, druk en men lijkt zich nauwelijks aan te passen aan nieuwe tijden.  De winkels die we tot nu toe zagen vallen in de categorie kleine negotie. Nergens werkt de Wifi, er zijn wel telesellpoints, maar de Romeinen lopen niet allemaal met zo'n ding aan hun oor, laat staan dat ze op de smartphone zitten te turen. Welnee, ze praten met elkaar en zitten in de zon. Wij gaan ook maar op ons dak zitten om een boek te lezen.



zaterdag 9 juni 2012

Dagboek Rome 2


Zondag, 20 mei 2012

zomaar tussen de flatgebouwen in


Het park van de Via Appia Antica bereikten we via de via Macedonia. De eerste indruk was groen, zeer groen met veel voorjaarsbloemen, weelderig. Dat verwacht je niet in Rome, maar de luxe appartementen in de buurt weten er goed gebruik van te maken. Op de Via Latina, aan de rand vonden we de beloofde fietsenverhuur. Jan Willem heeft de hele weg geklaagd over de kwaliteit van zijn vehikel, maar we waren maar wat blij dat we niet het hele end hoefden te lopen.

 zo groen is de Campania in de lente


Het park is gigantisch, zelfs op een zondag zijn grote gedeelten, toch vlak bij de miljoenenstad, zogoed als verlaten.  We doorkruisten de Valle Caffarella, beeldschoon. Er wordt nog steeds landbouw bedreven, in een landschap dat herinnert aan de pastorale taferelen van Hollandse en Vlaamse schilders die de Grand Tour maakten. We passeerden resten van aquaducten, uitkijktorens, een middeleeuwse boerderij die nog steeds melk produceert, de resten van een watermolen die ooit een oud Romeins grafmonument in gebruik had als hooischuur. Er is ook een prachtige ruIne van een tempel voor de nymphen, in oude tijden deel uitmakend van een landgoed van een Romeinse senator. Met de fiets in de hand keken we verbouwereerd toe hoe hele families zich naar een afgesproken plek bij het Andreasklooster spoedden voor een reanactment-repetitie van Romeinse zwaardvechters. Zomaar midden in de wildernis. Bij Cecilia Metella's grafmonument bereikten we de Antica.

 een grafmonument als schuur


Ja, ze liggen er nog de grote keien, gladgeschuurd door de tijd en de miljoenen passanten. Alleen zijn ze herplaatst, want de uitgesleten karrensporen wijzen alle richtingen uit. We kwamen op krachten in de tuin van een eethuis. Daarna konden we het niet verder brengen dan de ruïnes van de villa Capo di Bove met zijn mooie mozaïeken. Dat was maar goed ook want op de terugweg begon het te regenen. Het was nog een hele wandeling van de fietsenstalling langs de via Latina naar huis. Daar was de lift uitgevallen. Zes etages omhoog tot waar het bed wachtte. We gaven ons met graagte over aan Morpheus om te dromen van helden en goden.

een aquaduct en daar ligt Rome


Het diner 's avonds bestond uit handgemaakte ravioli's van de markt en daarna pakketjes van gefileerde kippenpoten omwonden met spek en rozemarijn met gekookte verse aspergepunten. De Bardolino classico smaakte er goed bij. Ons brouwsel van Italiaanse koffie op het vuur begint ook vorm te krijgen.
De tv is niet anders dan thuis : rampen,  sport, crimi's en oeverloos gezwets. Zappen maar.

Dagboek Rome 1


zaterdag 19 mei 2012



Heerlijk is het om wakker te worden in je eigen bankbed in een temperatuur die zeer dragelijk is.
Volop zon, gefilterd door de weelderige plantengroei op ons balkon. De jasmijn slingert omhoog en beneemt het zicht op de okerkleurige flats van de overkant. Het weerkaatste licht geeft een gouden gloed aan de muren van onze kamer, versierd door de persoonlijke kunstverzameling van onze gastheer. Hij woont zelf bij zijn vriend in  Frascati, zoals hij ons gisteren vertelde, toen hij ons verwelkomde. Het is hier knus, intiem. Er loopt een kleine wenteltrap naar de volgende etage waar een groot terras ons laat genieten van een woud van tv-masten, prachtig gekleurde dakpartijen met soms uitbundige was wapperend in de milde wind. Heel in de verte glanst de koepel van de St. Pieter. Aan de andere kant het donkere profiel van het Albaanse gebergte.



Met de lift zes etages naar beneden. Deurtjes dicht, hekje ervoor: wij zijn nette flatbewoners, in een keurig gebouw in een onberispelijke straat, de via Gaspare Finali, in Rome. We gaan op verkenning in de wijk. Om de hoek, in de via Alfredo Baccarini, vinden we gezellige ouderwetse winkels, zelfs een kleine supermarkt met twee jongens uit Bangladesh,  de vuilcontainers, en de bushalte van bus 87 die ons naar het centrum kan brengen. Maar eerst gaan we verder op verkenning naar de metrohalte van Ponte Lungho. Daar gebruiken we een ontbijt in een bar. Voor twee koffie en twee croissants betalen we 3,20 Euro. Het is niet gelukt om er een macchinato van te maken, wat Sonia somber stemt over haar beheersing van het Italiaans. Maar we zijn hier pas en de barman had het razend druk.

Op de terugweg stoten we op de dagmarkt. Precies zoals je je dat voorstelt in het zuiden : kleurig, druk geroezemoes, frisse groenten, sommige nooit eerder gezien, grote hompen vlees, verse vis, fleurige jurken wapperend aan hangertjes. We kopen in tot we niet meer dragen kunnen : lekker zelf kokkerellen dit weekend maar dan wel met authentieke Italiaans producten en halfproducten. Voor de lunch rekenen we op de met gehakt gevulde courgettes met tomaatjes en dan rijk besprenkeld met olijfolie en schapenkaas toe.



Op de terugweg, behangen met plastic zakken, verdwalen we. Niemand heeft ooit van de Gaspare Finali gehoord. Gelukkig weet Jan Willem nog de naam van het plein bij de Ferrovia die we onderweg zijn overgestoken, die weten ze wel te liggen, en op weg daar naartoe herkennen we ineens onze eigenste straathoek.  Na de lunch, besproeid met een geurige Siciliaanse witte wijn, strekken we ons uit op de bedbank en slapen een gat in de dag.

Om de dag niet geheel verluierd door te brengen, besluiten we in de late middag nog een bezoek te brengen aan de Via Appia Antica. Deze blijkt toch verder te liggen dan we dachten. We komen verkeerd uit, maar wel gezellig, in een parkje genoemd naar de familie Scippio bij de oude vestingmuren. De Romeinse families spelen er met hun kinderen. De pijnbomen zijn eeuwen oud; de Porta Latina, de kapel waar de apostel  Johannes ontsnapte aan de dood in kokende olie en nog wat oude ruïnes geven het gevoel van tijdloosheid.
We breken het avondbrood (en bijna onze tanden, zo hard is de korst). We zijn innig tevreden met onze eerste dag als Romeinen.