zondag 29 april 2012

Wasserschloss Pillnitz via de Elbe





De volgende dag om 8.30 in de bus. We reden naar de buitenkant van de oude stad Dresden daar waar de Elbe stroomt, want daar zouden we om 10 uur afvaren in een echte radarboot. Tot die tijd liepen we onder de bezielende leiding van onze Martijn over de oude stadsmuren en vergaapten ons aan de vele trotse gebouwen, met of zonder fraaie, soms in bladgoud gevatte beelden. We kwamen ook langs de nieuwe Synagoge, een gebouw dat fraai verspringend is opgetrokken. De oude synagoge was door de machthebbers 1939-1945 geheel verwoest. Er bestaat nog een levendige Joodse gemeenschap in Dresden naar het schijnt.
Het was mooi zonnig weer, maar er stond een iets frisse wind zodat wij ons terdege gekleed hadden. We bemachtigden een puik plaatsje op het bovendek van onze boot, stalden onze tassen en toen was het kijken geblazen. Wat is Dresden toch mooi met al die fraaie gebouwen en kerken.
Om 10 uur werd de loopplank ingehaald en werden de trossen los gegooid. We voeren ondermeer onder de nieuwe brug door waar zoveel om te doen is geweest. Een gloednieuwe en niet eens zo’n lelijke. Maar de aanvoer (snel) wegen moesten door fraaie woongebieden. Dresden die op de Unescolijst stond werd er daardoor afgehaald, oh wat een schande. Het was een lust om de mooie rivieroevers voorbij te zien komen. Dorpjes in de verte, mooie villa’s en kastelen. Het waren er drie op een rijtje. De voorste was van de koning, de tweede van zijn kamerheer, die trouwens niet voor zijn gebieder onderdeed, en de derde van een rijke Amerikaan. De kastelen lagen op heuvels middenin een grote wijngaard. Het was een kostelijk gezicht.
We verlieten de boot in Pilnitz waar een groot waterslot gelegen is en waar verschillende mooie tuinen zijn aangelegd. Martijn liep een tijdje met ons mee om ons het één en ander uit te leggen. Zo was er een grote uitneembare kas die om een geweldige boom/bloem was heen gebouwd en die op de zonneschijn en op een constante temperatuur reageerde. In de zomer wordt die kas dan ontmanteld zodat de
camelia ten volle kan groeien. En frisse lucht kan inademen. De plant zelf bestond al de onwaarschijnlijke tijd van 320 jaar en was geweldig groot in omvang.
Ik liep met Sonia naar de Elbe-kant om voor het slot te komen. Een mooie entree had het met voorname beelden. Op de dakranden waren geschilderde Chinese afbeeldingen te zien. We keerden terug met de bus naar Dresden waar we nog de schatkamer van de koningen van Saksen bewonderden in het Grüne Gewölbe. We gingen met Anna uit eten om daarna een Tsjechische opera te zien Schwanda, der Dudelsackpfeifer van Jaromir Weinberger. Het libretto was gebaseerd op een Tsjechisch sprookje. De muziek was in de trant van de Moldau, gebaseerd op volksmuziek. Natuurlijk anders dan de bekende operamuziek, maar deze was geschreven rond 1920, interessant om mee te maken.
We aten voordien voortreffelijk in de Italiaanse afdeling van het restaurant Schinkelwache. Toen wij daar uitgebreid wilden dineren kwam de serveerster ons liefderijk mededelen dat wij alleen maar tijd hadden voor of soep of een slaatje, omdat er anders geen tijd zou zijn voor de voorstelling.

De dag van vertrek begon om 8 uur. We reden uit Dresden, de stad die ons aller bewondering had en waar we zoveel sfeer en interessants te zien kregen. We reden naar Kassel naar de Wilhelmshöhe, een paleis hoog op een heuvel en gelegen in een park. Eerst was er de Italiaanse tuin van de landschapsarchitect Guerniero.
In de achttiende eeuw werd dit park getransformeerd tot een Engels landschap, compleet met tempels, grotto’s en ruïnes. We besloten gezamenlijk om de Gemäldegalerie te bezoeken waar een collectie Nederlandse meesters (oa een aantal werken van Rembrandt van Rijn), Vlaamse en Duitse meesters te zien waren.
Het was indrukwekkend. Hierna vervolgden wij onze weg naar Nederland waar we om plus minus 7.30 uur in Amersfoort aankwamen. Wie denkt dat deze reis nu is geëindigd moet zich nog even verlustigen in de Nederlandse Spoorwegen. Zoals gebruikelijk waren er vertragingen. Deels kwam dat door werkzaamheden, stilstaande treinen op het traject, rails te glad, vierkante wielen of blaadjes op de rails, je kent dat. Uiteindelijk stapten Sonia en ik in de schnellzug komende vanuit Bazel die ons in ijl tempo naar Amsterdam bracht. De trams deden het gelukkig nog.

Geen opmerkingen: