zondag 29 april 2012

Leipzig





Vandaag rijden we eerst, daar Martijn ons dat expliciet wilde laten zien naar een “denkmal“. Voor ons doemde een, tijdens het keizerrijk mooi gevonden, afschuwelijk stenen gedrocht op. Een eenwordingsmonument, ik weet niet hoeveel meter hoog en robuust. Dat moest ook wel als je die steenklomp zag. Ervoor was een vijver waar in de zomeer bootspelen worden gehouden. Gelukkig hoefden wij er niet te lang naar te kijken en konden wij onze weg voortzetten naar Leipzig, de stad waar Bach leefde en o.a. lange tijd het orgel bespeelde in de Thomaskirche.
Waar men in Dresden de oude stad in al zijn pracht en praal wilde doen herleven, ging men in Leipzig, dat ook vreselijk gebombardeerd was, uit van een andere zienswijze. Men maakte er een “moderne” stad van ( in zuiver moderne DDR-stijl en oerlelijk). Er is bijna niets wat de moeite waard is, uitgezonderd misschien de Jugendstil- handelshuizen en natuurlijk de Thomaskirche die wij bezochten, met daarin nog enkele originele handschriften van Bach. Daarna gingen we het Museum der Beeldende Kunsten bezoeken, waar zeer veel oude en nieuwe meesters te zien zijn die de moeite waard zijn. Leipzig heeft ook een reuze spoorstation wat het bezichtiging waard is, maar daaraan zijn we niet toekomen omdat we redelijk vroeg naar het hotel terug wilden, omdat de meeste van ons ‘s avonds naar de opera gingen.
De Rigoletto van Giuseppe Verdi werd uitgevoerd, prachtige muziek en schitterende stemmen en decors. Het gebouw op zich is al een schoonheid, maar evenzo de binnenkant. Wat een koninklijke zaal en wat een sfeer hangt er. In de pauze werd er in de foyer sekt gedronken door dames en heren die zich op een verblijf in de opera gekleed hadden. Na afloop van die sublieme voorstelling liepen we met z’n allen naar bus (94) en stapten min of meer bij het hotel uit. Na nog een leuke wandeling en na de juiste bus gevonden te hebben konden we onze sponde opzoeken.

Geen opmerkingen: